Detail van Peter Paul Rubens’ Maria en Jezus verwelkomen de
Heilige Onschuldige Kinderen in de hemel.
Inleiding
Vandaag is het 28 december. Op deze datum wordt in de Katholieke Kerk de feestdag van de Onnozele Kinderen gevierd, tegenwoordig houdt men het op de feestdag van de Heilige Onschuldige Kinderen of de feestdag van de Heilige Onschuldigen. Het is de dag waarop, in ieder geval in mijn jeugd nog werd stilgestaan bij de eerste christelijke martelaren: de onschuldige jongens uit Bethlehem die in opdracht van koning Herodes in plaats van de pasgeboren Jezus werden vermoord en opgenomen in de hemel. Deze feestdag is vanaf het einde van de vijfde eeuw aanwijsbaar. In de Koptische Kerk gaat men uit van 144.000 kinderen die door de soldaten van Herodes werden omgebracht, de vroege Syrische kerk telde 64.000 slachtoffers en in in de Griekse liturgie wordt een aantal van 14.000 kinderen genoemd. Voor zover mij bekend wordt in de Katholieke Kerk geen specifiek aantal kinderen aangehouden.
Ik heb de indruk dat de feestdag tegenwoordig niet erg groots meer wordt gevierd. Uit mijn jeugd kan ik mij nog herinneren dat er sprake van was dat kinderen op die dag de baas mochten zijn, ik kan mij echter niet herinneren dat mijn ouders dat erg serieus namen! Ook mocht er langs de deuren worden gegaan om om snoep te bedelen, maar onze vangst werd elk jaar minder, op een gegeven moment stopten we er maar mee!
Zo hier en daar treffen we nog wel sporen van folkloristische gebruiken aan. Zo schijnt het een jaarlijks terugkerend gebruik te zijn dat er van de toren van de Sint Nikolaaskerk in Valkenswaard op 28 december grote hoeveelheden snoep naar beneden worden gegooid.
Peter Paul Rubens, Maria en Jezus verwelkomen de Heilige Onschuldige Kinderen in de hemel, olieverf op paneel: 138 x 100 cm., 1618, Louvre-Lens
Op het paneel van Rubens draagt een wolk de eerste martelaren naar de hemel. Daar worden zij door Moeder Maria en haar Zoon opgenomen. Enkele kinderen dragen een palmtak en een overwinningskrans, een teken dat zij de dood hebben overwonnen.
Het verhaal in het Evangelie van Mattheus
Het verhaal van het bloedbad dat de soldaten van Herodes onder de jongens tot twee jaar in Bethlehem aanrichtten wordt alleen verteld in het Evangelie van Mattheus.
Toen Herodes vernam van de zoektocht van de Wijzen naar de pasgeboren nieuwe Joodse koning ontbood hij hen in zijn paleis in Jeruzalem. Hij had al van Joodse priesters en schriftgeleerden vernomen dat op grond van hun heilige boeken Bethlehem de meest waarschijnlijke plaats zou zijn waar die nieuwe koning moest zijn geboren. De koning ondervroeg de Wijzen en daarna sprak hij: “Ga naar Bethlehem en doe zorgvuldig navraag naar het kind en als jullie het gevonden hebben meld het mij dan zodat ook ik het kan gaan aanbidden.” Nadat de Wijzen het Kind hadden aanbeden en het geschenken hadden gebracht, hadden zij het plan om, voordat zij naar huis terugkeerden langs het paleis van Herodes te gaan om hem verslag uit te brengen. In een droom werden ze echter gewaarschuwd niet meer langs Herodes te gaan. Zij gingen daarom langs een andere weg naar hun land.
Toen de Herodes in de gaten kreeg dat de Wijzen hun woord niet hadden gehouden nam hij een verschrikkelijk besluit: alle kinderen in Bethlehem en omgeving onder de twee jaar zouden moeten worden omgebracht. De pasgeboren nieuwe koning van de Joden zou er dan ook wel bij zijn. De soldaten van de koning richtten een enorm bloedbad aan, maar Jezus weet te ontsnappen! Een engel had Jozef in een droom gewaarschuwd voor de plannen van Herodes en hem opgedragen met zijn vrouw en Kind naar Egypte te vluchten. (Mattheus, hoofdstuk 2)
De moord op de kinderen in Bethlehem en de vlucht naar Egypte
Joachim Patinir, Rust op de vlucht naar Egypte met in de achtergrond het bloedbad in Bethlehem, olieverf op paneel: 121 x 177 cm.,1518-’20,
Museo Nacional del Prado, Madrid
Detail van Joachim Patinir, Rust op de vlucht naar Egypte
Terwijl Jezus met zijn ouders op weg is naar Egypte vindt de slachting onder de kinderen in Bethlehem plaats. Daarom zien we nog al eens op de achtergrond van voorstellingen van de vlucht naar Egypte een voorstelling van de soldaten van Herodes die huishouden in Bethlehem en omgeving.
Op het paneel van Joachim Patinir zien we het voorval op de weg tussen de huizen achter het korenveld.
Middeleeuwse afbeeldingen
Kindermoord in Bethlehem, Miniatuur in de Codex Egberti, 977-‘93,
Stadtbibliothek Trier, Duitsland
Links geeft Herodes opdracht de jongens onder de twee jaar in Bethlehem te doden. De emotieloosheid van de mannen die ruw bezig zijn met de uitvoering van hun opdracht contrasteert met de heftige emotie van de moeders.
De Kindermoord te Bethlehem, miniatuur in een Duits manuscript, ca. 1350
In de late middeleeuwen was het onderwerp van de kindermoord al een populair thema. Wanneer we de lichamen van de vijf onthoofde kinderen op de grond zien liggen en wanneer we kijken naar het bloedende hoofd dat de man in het groen en rood in zij hand houdt en de soldaat links die een nog levend kind boven zijn hoofd houdt, dan valt op dat de kunstenaars zich in die tijd niet terughoudend opstelden om de afschuwelijkheid van het thema te benadrukken. In de loop van de tijd wordt dit alleen maar erger! In dit artikel wil ik daarmee geen statement maken over mijn gedachten bij de oorlogen die op dit moment worden gevoerd. Ik meen dat ik in het artikel van afgelopen week mijn persoonlijke gevoelens daarover al voldoende heb geuit.
Het zal zeker een verschrikkelijke toestand zijn geweest die zich indertijd in Bethlehem moet hebben afgespeeld. Het lijkt erop dat kunstenaars die ellende willens en wetens zo gewelddadig mogelijk in beeld hebben gebracht. Hoe graag we onze ogen daarvoor zouden willen sluiten, als kunsthistoricus mag ik daar over schrijven; maar ik wil dan wél pogen dat zonder al teveel bombarie te doen! De timing om daar juist op het einde van het jaar over te schrijven is natuurlijk niet erg sterk, maar ík heb de datum van 28 december niet bedacht!
Wij kijken vandaag vooral naar schilderijen van de Vlaamse kunstenaars Pieter Bruegel de Oude en Peter Paul Rubens.
Pieter Bruegel de Oude
kopie naar Pieter Bruegel de Oude door Pieter Breughel de Jonge, Kindermoord te Bethlehem, olieverf op paneel: 116 x 160 cm., Kunsthistorisches Museum, Wenen
Zoals zo vaak bij Bijbelse onderwerpen heeft Pieter Bruegel de Oude (ca. 1564-1567) ook het thema van de kindermoord in Bethlehem weergegeven als een eigentijdse gebeurtenis. Er is een flink pak sneeuw gevallen en het water in de sloten is bevroren. De winterse rust in het dorpje wordt meedogenloos verstoord door de soldaten van Herodes.
Detail middendeel kopie naar het schilderij van Pieter Bruegel de Oude door Pieter Breughel de Jonge
Een flinke legermacht is het dorpje binnen getrokken. Op zoek naar prooi lopen soldaten met getrokken zwaard over het besneeuwde dorpsplein. Vóór de groep geharnaste soldaten te paard steken mannen hun lansen in de lichaampjes van de kinderen die op de grond liggen. De drie vrouwen kunnen het niet aanzien en overmand door machteloos verdriet keren zij de plaats van de slachtpartij de rug toe.
Hartverscheurend is het beeld van de vrouw in het rood op de voorgrond. Met het lichaam van haar gedode zoontje op haar schoot, zittend in haar eentje in de sneeuw. Zij is ten einde raad en er is niemand die haar troost.
Tegen de linkerkant van het detail proberen een vader en een moeder de soldaat van zijn verschrikkelijke plan af te houden. De vader heeft een oudere zoon aan de hand. De jongen lijkt zich te verzetten, hij durft niet verder te lopen. Hij is doodsbang voor hetgeen hij voor zich ziet. Een blik op de soldaat met het getrokken zwaard en de achteloosheid waarmee hij zijn slachtoffertje in zijn hand laat bungelen zullen ook zijn ouders maar weinig hoop geven.
Detail rechterdeel van het schilderij van Pieter Breughel de Jonge
De zoektocht naar nog meer slachtoffers gaat door! Rechtsonder geeft de ruiter op het bruine paard zijn mannen opdracht om de deur van een huis in te trappen en met een boomstam in te beuken. Daarachter weten mannen via een regenton zich toegang tot een woning te verschaffen. Achter het tweetal staat een man met een bijl in de hand op het punt de deur te verbrijzelen.
In het midden op de voorgrond smeekt een moeder twee soldaten haar zoontje met rust te laten. Zij vindt geen enkel gehoor bij de mannen! Harteloos dragen zij het kind weg en laten moeder alleen achter bij haar dochtertje dat bescherming zoekt bij haar moeder.
Detail linkerdeel van het schilderij van Pieter Breughel de Jonge
Links van het het midden van dit detail buigt een moeder zich met gevouwen handen naar haar gedode kind dat met zijn hoofd naar beneden in de sneeuw ligt. De soldaat die zojuist haar zoon heeft gedood snelt met getrokken zwaard naar een volgend slachtoffer.
Door de deur in de gevel daarachter komt een soldaat met twee jongens naar buiten. Op de voorgrond knielt een man voor de ruiter en smeekt hem zijn kind te sparen. Rechts daarvan probeert een moeder haar kindje uit de handen van een soldaat te trekken, maar de man toont geen mededogen en trekt zijn zwaard. Links van de vrouw in het geel slaat een man, die het niet meer kan aanzien de handen voor zijn ogen.
Rubens en de moord op de kinderen in Bethlehem
De Vlaamse barokkunstenaar Peter Paul Rubens (1577-1640) maakte twee versies van de Bijbelse slachtpartij onder de kinderen van Bethlehem. De data van de twee kunstwerken liggen zo’n vijfentwintig jaar uit elkaar. In beide kunstwerken komt Rubens’ drang naar menselijk drama en het vermogen om de toeschouwer te laten meeleven in de hartstochten goed naar voren. We voelen mee met de ongetemperde boosheid, de haat en het venijn die de moeders overvalt wanneer zij wanhopig proberen het leven van hun kinderen te redden. Een moeder die met haar blote hand het zwaard tegenhoudt dat op haar zoon is gericht voelt geen pijn wanneer dat zwaard tot bloedens toe door de palm van haar hand gaat. Die pijn wordt verdreven door de onvoorwaardelijke moederliefde die opkomt wanneer het leven van haar zoon op het spel staat. De razernij en ongecontroleerde woestheid van de moeders staat in schril contrast met de harteloze vastberadenheid van de soldaten.
Peter Paul Rubens, de kindermoord te Bethlehem, olieverf op doek: 142x183 cm., 1609-‘10, Art Gallery of Ontario, Verenigde Staten, versie 1, Ontario
Het schilderij in Ontario is de vroegste versie. Rubens maakte het schilderij niet lang nadat hij in 1608 in Antwerpen was teruggekeerd van een reis naar Italië. Daar was hij onder de indruk gekomen van het werk van Caravaggio (1571-1610), de Italiaanse grondlegger van de barokke schilderkunst. In hun drang naar realisme namen Caravaggio en zijn vele navolgers geen blad voor de mond. Wanneer er iets afschuwelijks gebeurt in een verhaal dat moet worden uitgebeeld was er voor Caravaggio geen compromis mogelijk. Hij spaarde de toeschouwer niet wanneer het gruwelijke taferelen betreft. (Zie artikel op deze blog van 17 sept. 2022: Caravaggio en het realisme, of: het gruwelijke verbeeld)
De ellende en de wreedheid moeten dus worden getoond! Het lijkt er sterk op dat er wat dat betreft twee vormen van barokkunst bestaan. Wij zagen in het begin van dit artikel Rubens’ Maria en Jezus verwelkomen de Heilige Onschuldige Kinderen in de hemel. De zoetsappigheid van dat schilderij staat in scherpe tegenstelling met de sfeer van razernij en barbaarsheid die we voelen op de twee schilderijen van Rubens met de moordpartij in Bethlehem.
Detail, Rubens, De kindermoord in Bethlehem
Wat op het eerste gezicht een warboel van met elkaar verweven lichamen lijkt is bij nader inzien een schitterend uitgebalanceerde compositie. Vooral de twee vrouwen die het kind op de voorgrond voor de dood willen behoeden en de twee mannen die het kind willen doden zijn in een verwoed gevecht verwikkeld. Daarboven zien we een geharnaste soldaat met een helm. Ook hij is in gevecht met twee vrouwen, een achter hem en een voor hem. Beide moeders doen er alles aan het leven van hun zoon te redden. Al met al een fascinerend en heftig barok spektakel!
Terug naar het gevecht op de voorgrond. In het midden houdt de vrouw in een bloedrood kleed haar zoon in haar linkerhand. Zij is wat naar achteren gevallen omdat een oudere vrouw (oma?) zich tussen de soldaat en haar kindje heeft geworpen. De soldaat richtte zijn zwaard op het jochie, maar dat probeert de oudere vrouw uit alle macht te voorkomen. Met haar blote hand omklemt zij het zwaard en duwt het uit de beoogde richting. Tegelijkertijd probeert de vrouw met haar uitgestoken linkerhand het hoofd van haar kleinzoon tegen het zwaard te beschermen. Terwijl de soldaat zich blijft concentreren op zijn slachtoffer duwt hij met zijn linkerhand het hoofd van de oudere vrouw tegen het lichaam van de moeder van het kind. Terwijl de soldaat haar hoofd naar achteren duwt ziet zij kans om flink in de pink van de soldaat te bijten.
Het kindje van de vrouw in het rode kleed wordt ook aangevallen door de gespierde soldaat die achter zijn moeder staat. De man trekt aan de lendendoek van het kindje en probeert hem uit de hand van zijn moeder te trekken. Zij draait zich om en richt zich met haar hand fel op het gezicht van de aanvaller. Haar scherpe nagels trekken bloedende sporen op zijn wang.
Wanneer het perse nog groffer moet, overtreft Rubens zich in gruwelijkheid op het fragment aan de rechterkant van het schilderij. Een moeder leunt met haar arm op de sokkel van een zuil. Aan de linkerkant druipt bloed langs die zuil naar beneden. Wanhopig smeekt zij de man voor haar niet met haar zoontje te doen wat hij blijkbaar al met andere kinderen heeft gedaan. De man gebruikt geen wapen om zijn slachtoffers te doden! Hij heft het kindje boven zich uit om diens hoofd hartvochtig met een flinke klap tegen die zuil te slaan. Dan valt op dat het jongetje dat onder tegen de zuil aan ligt een bebloed voorhoofd heeft. Hem is overduidelijk hetzelfde overkomen.
Op de voorgrond liggen nog tal van andere kinderlichamen. Hartverscheurend is het beeld van de moeder die zich voorover buigt naar haar dode zoontje. Haar gezicht gaat grotendeels schuil achter haar roodbruine haren. In haar wanhoop wil zij met haar gebalde vuist zich de haren uit het hoofd trekken.
Peter Paul Rubens, Kindermoord te Bethlehem, olieverf op paneel:
198,5 x 302,2 cm., Alte Pinakothek, versie 2, München
Tegen het einde van zijn leven, tussen 1636 en 1638 heeft Rubens het thema van het bloedbad in Bethlehem nog een keer opgepakt. Hetzelfde onderwerp, dezelfde verschrikking en ook op dit schilderij botst de kracht van de machteloze woede, de haat en de razernij van de moeders met de grimmige vastberadenheid van de soldaten van Herodes.
En toch is er een groot verschil in benadering! Veel van de moeders hebben koppen met een ogenschijnlijk onnozele uitstraling en uitpuilende ogen. Zij lijken alle redelijkheid te hebben verloren, de menselijkheid voorbij ... bijna dierlijk! Ze voelen niets meer, ook niet de snijdende pijn van het zwaard. Het maakt hen niets meer uit of zij hun aanval op de soldaten overleven, ze worden slechts gedreven door een moederlijk oergevoel: hun kroost moet worden beschermd. De expressie van díe verbetenheid tekent hun gelaat.
Detail, Rubens’ Kindermoord te Bethlehem, versie 2, München
Nadat Herodes zijn opdracht heeft gegeven stormen de soldaten de paleistrap af om het afschuwelijke plan ten uitvoer te brengen.
Op die trap vinden de eerste schermutselingen tussen de vrouwen en de soldaten plaats. Links bovenop de trap hebben enkele soldaten al kinderen van hun moeders afgenomen. De soldaat op het midden van de trap draagt zelfs twee kinderen weg. De man kijkt achterom naar de moeder van die kinderen. Vertwijfeld smeekt zij hem om genade. Achter haar staat een moeder in een lila gekleurd gewaad. Zij drukt haar dode kindje tegen zich aan. Aan zijn bebloede hemdje kunnen we zien dat hij tot de eerste slachtoffers behoort van de moorzucht van de soldaten.
Op de voorgrond is de vrouw in de strijd om haar kind te behouden op de grond gevallen. We zien de paniek op haar gezicht. De soldaat heeft zijn grote mes al in de aanslag en in een uiterste poging haar zoon te redden probeert zij met haar blote hand het vlijmscherpe mes in zijn gang tegen te houden. Het bloed stroom uit haar handpalm over haar pols en onderarm naar beneden. In haar strijd wordt de moeder bijgestaan door de vrouw in het lichtgroen. Haar verbeten gezicht met uitpuilende ogen duiden op haar haast dierlijke onverschrokkenheid. Alles moet nu wijken om het kind te redden.
De vrouw in het rode gewaad schreeuwt het uit van angst over hetgeen haar kind te wachten staat. Natuurlijk gaat zij de strijd met de soldaat aan! Zij probeert haar zoon naar zich toe te trekken, maar zoals overal op dit schilderij voelen we dat zij een verloren strijd voert. Terwijl hij haar kind op zijn schouder houdt duwt hij haar van zich af. In zijn hand houdt hij het mes waarmee hij al meer slachtoffers heeft gemaakt. Het bloed druipt stroperig van het lemmet. Haar kindje maakt oogcontact met het kindje dat zich vastklampt aan het kleed van de vrouw in het geel. Deze moeder lijkt de strijd te hebben opgegeven en heft haar handen radeloos omhoog. De vrouw rechts van haar is nog in een verbeten gevecht verwikkeld met de soldaat die aan zijn bebloede mes te zien ook al een aantal slachtoffers heeft gemaakt. Zij bijt hem hard in de arm en haar mond loopt over van het bloed van de man. Hij reageert geschrokken, maar het zal hem niet van zijn moorddadige plan afhouden. Boven zijn hoofd liggen een aantal lijkjes van kinderen op de trap. Hun bloed loopt over de treden naar beneden.
Detail, Rubens’ Kindermoord te Bethlehem, versie 2, München
De man links steekt zijn zwaard in de borst van het jongetje dat hij bij zijn haren vast houdt. Hij wordt geholpen door de man in het midden die het kind met zijn rechterarm omklemt.
Uit de grimmige blik van de moeder met de zwarte haren spreekt haar onverschrokkenheid. De scherpe nagels van de klauwachtige vingers van de vrouw dringen diep door in de bloedende zijkant van het gelaat van de man rechts. Er sijpelt ook bloed uit zijn ogen, langs zijn oorschelp en van zijn voorhoofd.
Beide vrouwen moeten in de gaten hebben dat de soldaat links de jongen met zijn zwaard doorsteekt. Die strijd hebben zij verloren, maar zijn daad moet gewroken worden.
De man in het midden heeft nog een tweede slachtoffer op het oog. Met zijn gespierde arm en hand trekt hij het kindje aan zijn hemdje weg bij de moeder met de blonde haren. Zij kijkt de man aan als een dier dat loert naar zijn prooi. Daaronder buigt een moeder zich verdrietig boven het lichaam van haar zoon. Zij omhelst hem en kust hem op de wang. Naast moeder en kind liggen nog een aantal lijkjes in de bloedplassen op de grond. De hond links van de voet van de man in het midden doet zich tegoed aan het bloed.
De wanhopige vrouw in overwegend zwarte kleding lijkt wel een personificatie van smart, zo hopeloos heft zij haar armen naar boven. In haar handen houdt zij het met bloed bevlekte hemdje van haar zoontje in een smeekbede omhoog. Zij houdt haar hoofd naar achteren en ziet wat er in de linker bovenhoek gebeurt. Daar gaat de hemel open en engelen verschijnen met kransen. Het zijn overwinningskransen, hét teken bij uitstek dat de kinderen door hun marteldood de dood hebben overwonnen. Zij zullen als heiligen in de hemel worden opgenomen … wellicht biedt dat toch enige troost aan de troosteloze moeders …
… eind goed al goed zullen we dan maar concluderen en zo komen we met een iets te voor de hand liggend bruggetje uit bij Oud en Nieuw!
Mede namens Jantje wens ik u een gezellige oudejaarsavond toe en veel voorspoed, vrede en geluk en als het even kan gezondheid in het nieuwe jaar.
Paul
P.S. Vanaf 3 januari zijn wij een kleine drie weken op stap: wat rondreizen in Vlaanderen, dan even een paar dagen naar huis en daarna door naar Duitsland. Het eerste artikel zal naar mijn huidige planning op 27 januari verschijnen.
Comments